Er zijn twee dagen die je bijblijven wanneer je de gevangenis in gaat. De eerste, en de laatste. Zeker wanneer je in Oost-Europa voor je daden moet boeten. Zeker wanneer je een kunstrover bent en daarmee niet echt een keiharde crimineel.
Na zijn straf, besluit Crunch Calhun (Kurt Russel) om zijn leven te beteren en zijn brood te verdienen als een soort van Evel Knievel. Met zijn motor lijkt hij iedere sprong zonder al te veel moeite te maken. Tot hij een keer in gedachten verzinkt en een flinke rugblessure oploopt. Crunch is weer aan huis gebonden en moet op zoek naar een andere manier om geld te verdienen…
Niet al te snel daarna zijn het zijn oude roofmaatjes die op de deur kloppen voor een nieuwe klus. Er moet weer een prachtig stukje kunst achterover gedrukt worden en ze hebben iemand nodig die handig is op de motor. Natuurlijk is Crunch dan best over te halen. Totdat blijkt dat ook de politie hulp krijgt van een oude bekende. Dan wordt het allemaal een stuk lastiger.
De afgelopen jaren zijn een aantal fantastische films verschenen over geniale diefstallen. Denk aan films als de Ocean’s trilogie, maar ook aan bijvoorbeeld Trance. Toch is The Art of the Steal heel anders. Hoewel de film vaal meer (zwartgallige) humor bevat, is het plot heerlijk spannend. Qua actie is niets overdone en dat houdt de hele film heerlijk in balans. De vlotte vertelling zorgt ervoor dat je er ook goed bij blijft.
Conclusie
Terwijl het verhaal van The Art of the Steal wordt opgebouwd, leven we toe naar een misschien iets voorspelbare climax. Maar dat maakt helemaal niet uit. Dit maakt de folm ook voor jongere kijkers goed te volgen. Door het ontbreken van schokkende scènes is The Art of the Steal dan ook een heerlijke film voor een ontspannen zaterdagavond.